Deel deze inhoud:
Jef Vanhamel doorbreekt het stilzwijgen over zijn afwezigheid in de voetbalwereld. “Ik heb lang getwijfeld om dit verhaal te delen, maar waarom niet…” Met die woorden opent Jef Vanhamel (35), de gepassioneerde voetbalcoach die jarenlang kleur gaf aan verschillende clubs in de regio, een bijzonder openhartig verhaal. Wie zich afvroeg waarom het de laatste tijd zo stil was rond de goedlachse en gedreven coach, krijgt nu een pijnlijk maar moedig antwoord: kanker.
Nadat hij ontslag nam bij KVC Lille United (2de nationale) leek Vanhamel even uit het voetbalbeeld verdwenen. “Er waren meteen mooie gesprekken gaande met andere clubs, en de toekomst leek opnieuw veelbelovend. Maar enkele maanden later gooide het leven een zware bom op mijn pad.” Aanhoudende buikklachten bleken de voorbode van een harde diagnose. “Kanker. Een woord dat je nooit verwacht op jouw medisch verslag te zien staan.”
Wat volgde was een loodzwaar traject van behandelingen, ziekenhuisbezoeken en mentale beproevingen. Toch koos Jef, zoals hij ook langs de lijn altijd doet, voor de aanval. “Het was moeilijk te geloven, maar ik heb mijn kop niet laten hangen. Met moed en steun van mijn omgeving ben ik aan het traject begonnen. We zijn nu bijna aan het einde van die lange weg. Nog vier weken behandeling, en dan kunnen we hopelijk starten met revalideren en stilletjesaan dromen van genezing.”
Deze maand was het bijzonder lastig. “Ik zag overal trainers voorgesteld worden bij nieuwe clubs. Mijn hart bloedde. Voetbal is mijn passie, mijn zuurstof. Niet kunnen meedoen doet pijn, zeker als je weet dat er gesprekken waren die veelbelovend leken.” Toch blijft Vanhamel hoopvol. “Zoals velen me kennen: ik ben een doorzetter. Het vuur in mij dooft niet. Ik wil volgend seizoen opnieuw op een veld staan, mijn stempel drukken, gasten beter maken. Dat doel houdt me recht.”
Jef Vanhamel kiest ervoor zijn verhaal te delen, niet uit medelijden, maar uit kracht. “Kanker heeft mijn resetknop gevonden, ja. Maar soms is zo’n reset nodig om weer sterker terug te komen.”